Hij voelde een por in zijn zij. “Wakker worden, schat. Het is weer zo ver.” Hij draaide zich om en keek naar de wekker. Kwart over drie. Door de muur hoorde hij een zware stem. “Ik zou graag in jouw plaats gaan, maar hij wil altijd discussiëren met mij.”
Hij stapte uit bed en trok een badjas aan. Buiten was het nog fris. De vogels waren langzaam wakker aan het worden. Hij duwde het hekje van de buren open. Het klemde zoals gewoonlijk halverwege. Om zeker te weten dat hij gehoord zou worden klopte hij op het raam van de woonkamer.
Net toen hij nog een keer wilde kloppen ging de voordeur open. Buurman Welck keek naar buiten.
“Buurman, u nog zo laat op?”, riep hij. Altijd grapjes. De rook uit zijn pijp kringelde om zijn hoofd. Achter hem klonk de stem oorverdovend.
“Tja, buurman, wij wilden slapen maar wij werden wakker van de stem.”
“De stem? Maar buurman, dit is niet zo maar loos gepraat! Dit is een luisterboek voor connaisseurs. Voorgelezen door een van de meest getalenteerde acteurs van ons land.”
De stem stopte. Hij hoorde de wind in de bladeren van de bomen. Hij wilde al weglopen omdat het probleem zich vanzelf opgelost had, toen Welck zelf omkeerde.
“Even wachten, buurman, ik ga de andere kant van de LP opzetten.”
Het werd tijd voor drastische maatregelen.
“Welck, wacht even.” Hij krabde onder zijn arm. “Je hoeft niet verder te luisteren, want het meisje gaat dood.”
Welck keek hem beteuterd aan. De pijp gloeide terwijl hij een trekje nam.
“Dat is niet zo aardig, buurman, om het einde aan me te verklappen.”
“Sorry, maar wij hebben onze slaap hard nodig.”
Zonder iets te zeggen sloot de buurman de voordeur. Even later ging het licht in de woonkamer uit.
Hij liep het tuinpad af en sloot het hekje zo zacht als hij kon.